TRAUM is de tweede voorstelling van Roeshoofd. Het stuk onderzoekt de relatie tussen een zoon en zijn vader, overlever van een oorlog, en de manier waarop familietrauma’s generaties lang doorwerken. In een raamvertelling volgen we de gesprekken tussen zoon Siem en vader Garnik, afgewisseld met verbeelde scènes uit het oorlogsverleden van de ouders.

Door het verhaal in een onbepaalde tijd en plaats te situeren en gebruik te maken van dierenmaskers (vossen en konijnen) wordt het een allegorie over slachtofferschap, daderschap en de herhaling van geweldspatronen: thema’s die vandaag de dag pijnlijk relevant zijn. TRAUM verweeft persoonlijke thema’s – rouw, familiebanden, identiteitsvorming – met politieke thema’s als de opkomst van autoritaire regimes en collectieve onderdrukking.